Voorviering van de Heilige apostelen Simon & Judas*

 
"Ik ben de ware wijnstok".
Het is een grondbeginsel van de Liturgie, dat die krachten die de Kerk aanvankelijk opgericht hebben, nu bij de uitbreiding van het Godsrijk erbij gehaald worden.
De apostelen zijn de fundamenten van de Kerk geweest; nu moeten zij in de Liturgie het gebouw helpen afbouwen.
Ze zijn en blijven de fundamenten, waarop zich de levende stenen van de kinderen Gods tot het machtig gebouw van de Kerk verheffen.
Dat is de betekenis van de Apostelfeesten; we moeten ze sacramenteel zien. d.w.z. de feesten over het gehele jaar gelijkmatig verdeeld, weken in zich genade uit en bouwen de Kerk op.
We begrijpen nu ook, dat de uiterlijke viering zo in het ooglopend is als bijv. de vigilie bewijst.
De vigilie was steeds een voorbereiding van de ziel voor het sacrament van het feest.
Deze is noodzakelijk, om aan het Sacrament de volle werkelijkheid te geven.
Ze is de bodem voor het zaad van het sacrament. 

 

Afbeelding invoegen

"Ik ben de ware Wijnstok".
Dit heerlijke Evangelie horen wij alleen in het gemeenschappelijke van de martelaren in de Paastijd.
Wij zijn de liturgie van vandaag dankbaar, dat wij de diepzinnige gelijkenis overwegen mogen.
Vooreerst vragen wij naar de betrekking met het Apostelfeest.
Dan kunnen wij iets opmerken, dat ons zeer veel duidelijk maakt: bij sommige apostelfeesten vinden wij pericopen over het ontstaan en de groei van de Kerk bijv. het epistel van het feest van de heilige Bartholomeüs: "Gij zijt het Lichaam van CHRISTUS en ieder in het bijzonder zijn leden…."; het epistel van sint Thomas: "Gij zijt gebouwd op de grondslag van de apostelen en profeten, waarvan Christus Jezus de hoeksteen is.
In Hem wordt heel het gebouw bijeengehouden.
En rijst het op tot een tempel, heilig in de Heer; in Hem wordt ook gij opgebouwd, te samen met de anderen, tot een woning van God in de Geest."
In deze gedachten gang past heel goed de gelijkenis van de wijnstok, waarin Christus de uitdeling van de genade aan ons en tegelijk het groeien van het Corpus Christi Mysticum veraanschouwelijkt.
 
Let in de drie boven aangehaalde plaatsen op de drie afbeeldingen van de Kerk: "het bouwen"- de wijnstok – het lichaam."

a. Het bouwen:
Dit beeld heeft Christus gebruikt, toen Hij van het bouwen van de Kerk op de rots Petrus en van de overgave van de sleutels sprak.
Paulus heeft het verder ontwikkeld: daar is Christus de hoeksteen, de apostelen zijn de fundamenten.
Van de stevigheid van de fundamenten hangt het hele gebouw af.
Maar het punt van de vergelijking ligt ook in het bouwen zelf; de stenen zijn met elkaar verbonden tot een eenheid en de ene steen verheft zich op de andere, zodat de een de ander schraagt.
Juist dit punt van de vergelijking is voor het begrip van de Kerk van beslissende betekenis.
Dat is de ‘communio sanctorum’.
Dat verklaart ook de betekenis van de heilige feesten.

b. de Wijnstok:
Het bouwen was nog iets onorganisch, daarom een onvolmaakt beeld van de Kerk.
De Wijnstok echter is een organisme. – De Kerk is een levend wezen.
Het punt van overeenkomst, waarop Christus in de gelijkenis bijzonder wijst, ligt in de verhouding van de stam tot de takken.
Christus is het levensbeginsel van de kerk; Wij kunnen alleen in vereniging met de stam in leven blijven.
Vandaar de grote eis van Christus: "Blijven in Hem".
Daar ligt een wezenlijke imperatief van het Christendom.
Anders moet de tak verdorren en wordt in het vuur geworpen.
Wanneer echter blijven wij in Christus?
Als zijn woorden d.w.z. zijn leer in ons blijven.
Als wij echter in Hem blijven, dan kunnen wij naar hartenlust sappen uit de stam zuigen d.w.z. al onze wensen vervuld zien.
De gelijkenis geeft echter nog andere punten van overeenkomst: God de Vader is de Tuinman.
Hij snijdt de ranken af, die geen vrucht dragen, de meet vruchten beladene zuivert Hij, dat ze nog meer vrucht dragen.

c. Lichaam:
Een stijging in de gelijkenis is het beeld van het Lichaam.
Het specifieke van dit beeld ligt in de ledematen.
De ledematen delen met het lichaam het leven.
Daarom moet Christus mens worden, om met ons dezelfde natuur te delen; ons echter verheft hij tot de goddelijke natuur daardoor dat Hij ons in zijn lichaam inlijft.
Het lidmaat heeft echter ook zijn bijzondere taak.
De taak van het lidmaat brengt de Apostel Paulus dikwijls in zijn uitleggingen van dit beeld naar voren.
Welke is uw taak als lidmaat?
Het zou een zeer vruchtbare overweging zijn over onze taak als lidmaat na te denken.