In het Octaaf van de Onbevlekte Ontvangenis*

"Ik ben uit de mond van de Allerhoogste voortgekomen, als de eerstgeborenen vóór alle schepselen.
Ik bewerkte dat een onuitblusbaar licht aan de hemel is opgegaan.
Nog waren de diepten er nog niet en ik was reeds ontvangen.
God heeft mij geschapen in gerechtigheid.
Hij heeft mijn hand gegrepen en mij beschermd”.
(1ste responsorie van de 2denachtwake)
 
De dogmatische bulle van paus Pius IX over de onbevlekte Ontvangenis loopt als een lezing door het hele octaaf heen.
Eerst wordt het reddingsplan van God uitgelegd: het gevallen mensdom weer op te heffen.
Daarbij wordt de genadebedeling aan MARIA betrokken.
 

Afbeelding invoegen

"Het betaamt, Dat MARIA steeds in de glans van volmaakte heiligheid schitterde en dat zij zelf van de schuld van de erfvlek bevrijd, een volslagen overwinning op de slang van het begin al wegdroeg, zij, de moeder, zó eerbiedwaardig, dat God de Vader had besloten, haar Zijn enigen Zoon, dien Hij uit zijn hart, in wezen gelijk, had doen voortkomen en dien Hij liefheeft als zich zelven, zó over te geven, dat Hij door natuurlijke banden een gemeenschappelijk kind van God de Vader en van de Maagd werd”.
 
Nu wordt verklaard, dat dit geloofsartikel steeds in de kerkelijke overlevering heeft bestaan.
Dat wordt op de eerste plaats door de Liturgie bewezen.
In haar heeft de Kerk de woorden van de H. Schrift van de ongeschapen Wijsheid op MARIA toegepast, omdat haar oorsprong in het zelfde raadsbesluit met de Menswording van de goddelijke Wijsheid (Christus) was bepaald. (hier hebben wij een authentieke verklaring van een bijbel plaats in de Liturgie).
De pausen hebben de eredienst van de onbevlekte Ontvangenis toegelaten en bevorderd door instelling van het feest, de eigen Feestmis en een eigen Officie (sedert 1477 in Rome, sinds Pius V in de gehele Kerk, sinds Clemens VIII+1592, van een octaaf voorzien).
Pius IX maakte het in 1854 tot een eigen geboden feestdag voor de gehele Kerk.
Het feest moest in de basiliek van de Sancta Maria Maggiore in Rome plechtig worden begonnen. (wij hebben hier een voorbeeld van een plechtigheid in een statiekerk uit de nieuwere tijd).
In de prefatie en de litanie van MARIA werd de lofprijzing op de onbevlekte Ontvangenis van MARIA ingevoegd "opdat de wet van het Geloof met de wet van het Gebed overeenstemme”. (het is een oude grondstelling van de Liturgie: Lex credendi est lex supplicandi).
Tot slot horen wij nog de letterlijke tekst van het dogma, die voor de juiste vaststelling van de eigenlijke betekenis van het feest van groot gewicht is: "De Leer, die behelst, dat de aller zaligste maagd MARIA van het eerste ogenblik van haar Ontvangenis af omwille van een bijzondere, haar door de almachtige God verleende bevoorrechting en uitverkiezing met het oog op de verdiensten van de Verlosser van het menselijk geslacht JEZUS CHRISTUS van alle vlek der erfzonde bewaard bleef, is door God geopenbaard en daarom door alle gelovigen vast en onwrikbaar aan te nemen leer”.