Heilige DAMASUS*

 
Paus & Belijder: Grafschrift: (door hem zelf vervaardigd)
 
"Die de woedende golven van de zee hebt gestild.
Wiens kracht het in de aarde sluimerende zaad leven schenkt; die voor Lazarus de boeien van de dood kon slaken, de broeder bij de eerste zonnestraal aan zijn zuster Marta teruggaf: Christus zal mij, Damasus, dat geloof ik vast, uit de dood opwekken”.
 
De heilige Damasus: Sterfdag: 11 December 384.
Grafkerk: Vroeger begraven in de crypte van Damasus aan de Via Adreatina, sinds Paulus I in de kerk van sint Laurentius in Damaso, die hij zelf bouwde.
 
Damasus was een Spanjaard, zijn vader Antonius was aan het archief van de kerk van Rome werkzaam. Zijn moeder Laurentia werd 92 jaar oud.
Als jonge man werkte Damasus in het pauselijk archief.
In het jaar 366 werd hij tot paus gekozen, had echter in de eerste jaren veel van de tegenpartij van Urcicinus te lijden.
Hij regeerde op de Stoel van Petrus 366-384; de Kerk had juist de vrijheid gekregen; nu was het de taak van de pausen het kerkelijk leven te ontwikkelen, voor de schoonheid van de godsdienst zorg te dragen.
De heilige paus was in die tijd een van de voornaamsten.
Het is zijn verdienste de Kerk een goede vertaling van de H. Schrift te hebben gegeven.
Hij deed een beroep op de Heilige Hiëronimus, die de Heilige Schrift in het Latijn vertaalde (Vulgata).
Deze vertaling is op het ogenblik nog in de Liturgie in gebruik.
Damasus bindt ons vandaag het voornemen op het hart: ijverig de heilige Schrift te lezen.
De heilige was ook een groot vriend van de Liturgie.
 

Afbeelding invoegen

Men vertelt van hem, dat hij in alle kerken het psalmgezang heeft ingevoerd; en dat de psalmen in wisselkoren moesten worden gezongen.
Eveneens stelde de Paus vast, dat aan het einde van iedere psalm het "Eer aan de Vader…werd toegevoegd.
Naar het voorbeeld van Jeruzalem voerde hij het Allelujagezang in de Zondagmissen in.
Damasus heeft ook de lichamen van vele martelaren een eervolle rustplaats gegeven en de grafstenen van bijna alle bekende Romeinse martelaren van verzen voorzien.
Hij is dus de wijd beroemde zanger van de martelaren.
De heilige Hiëronimus zegt een heerlijk woord over hem: Hij was de maagdelijke leraar van een maagdelijke Kerk.
Een mooier getuigenis kan men aan een priester niet geven.
 
Viering van de Mis (Sacerdoti tui) : Wij trachten vandaag de Mis aan de Advent aan te passen.
De grondgedachte: Het priesterschap in de Kerk; Er is maar één priester en dat is: CHRISTUS.
Hij is de eeuwige Hogepriester.
Elk priesterschap is een deelname aan het zijne; Damasus, de Paus, is een afbeelding van deze Hogepriester.; de priester aan het Altaar is wederom de plaatsvervanger van beiden.
David, die meermalen genoemd wordt is voorafbeelding: in wijding en in uitverkiezing (offertorium), gehoorzaamheid en liefde voor het Huis van God.(introïtus).
Het Introïtus schildert ons een godsdienstoefening in het oude Rome ten tijde van Damasus.
De geestelijkheid uitgedost in witte feestkleren, trekt in lange processie naar het Altaar, terwijl de gelovigen een vreugdelied zingen.
Tenslotte verschijnt Damasus; om zijn genaden zullen wij het "aanschijn van CHRISTUS” in het heilig Offer aanschouwen.
Het epistel toont ons de goddelijke Hogepriester, die heilig en onbevlekt is, afgescheiden van de zondaren, steeds bereid om onze voorspreker te zijn. Het epistel verklaart ons het Hogepriesterschap van CHRISTUS, dat in het Offer van de Mis wordt voortgezet en in het priesterschap van de heilige Kerk te voorschijn treedt.
In het Evangelie tekent de Heer de taak van het bijzondere priesterschap in de Kerk.
De zielzorger is "de trouwe en wijze knecht, die de Heer over zijn gezin heeft aangesteld”; hij moet het op de gepaste tijd het Eucharistisch Voedsel geven”.
Damasus heeft "de Heer zo bij zijn komst zo gevonden”.
En hem daarom "over al zijn goederen aangesteld”.
Onderstrepen wij nog het waken en wachten op de komst van de Heer; dat is de Advent.
Damasus heeft de talenten goed besteed; vandaag kan hij ons in het Offermaal van zijn overvloed mededelen..