God als middelpunt

 
"Gij zult de Heer, uw God, beminnen uit geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand en gij zult uw naaste beminnen, zoals u zelf”( Matt. 22: 35-36).
 
Broeders en zusters in Christus, hiermee beantwoordde Christus de strikvraag van een wetgeleerde.
Het eerste en tweede gebod gaan beiden over liefhebben.
Het gaat over het liefhebben van God, jezelf en de naaste.
Liefhebben gaat over ons hart!
Liefhebben met onze werkelijke gevoelens, met onze ziel.
Kortom: liefhebben met heel onze geest, ons verstand en onze volle aandacht.
Dit dubbelgebod is een fundament van alle geboden.
Als de liefde er niet is, hangen alle geboden in de lucht en is er een liefdevolle mentaliteit onmogelijk.
Zo blijkt dat men de liefde tot God niet mag uitspelen tegen de liefde tot de naaste of omgekeerd.
De woorden van Christus en zijn Leer, daar kunnen we ons hele leven aan werken.
Telkens afvragen: Hoe sta ik tegenover mijzelf?
Telkens weer onze eigen tekortkomingen onder ogen zien en van jezelf houden zoals je bent met alle onafheden, er telkens aan werkend om onszelf te beteren.
Zo kunnen we ook de ander tegemoet treden.
Zo mogen we naar God gaan, wetende dat Hij niet kijkt naar resultaten, maar naar de houding waarin we Hem benaderen.
"God beminnen met heel uw hart, heel uw ziel en heel uw verstand…… en de naaste beminnen, zoals u zelf”
Hij moet het ideaal van ons leven worden.
Hoeveel zegen brengt dat wel niet in een mensenleven, als we daar altijd toe in staat zouden zijn?
Maar is dat bij ons wel zo?
In de geschiedenis van de mensheid blijkt helaas dat het gebod van de liefde vaak ongebruikt blijft.
 

Afbeelding invoegen

Waar de mens zichzelf zoekt, zijn eigen voordeel nastreeft, zich hoger plaatst dan de ander…daar laat die mens ook zien dat God niet op de eerste plaats komt!!
Hij laat zien dat de eredienst aan God, vervangen kan worden door brood en spelen en vangt zo mensen door een ernstige misleiding.
Ze zullen zich steeds meer op de voorgrond plaatsen en alle middelen toe passen om deze positie te behouden.
Om dit doel te bereiken sparen ze niets of niemand.
Hoe gaan die mensen wel niet om met iemand die in hun ogen een bedreiging voor ze vormen en die ze misschien helemaal niet kennen, behalve dan "van horen zeggen”?
In de eerste instantie, zullen ze wat afstand nemen en afwachten?
Ja, maar al spoedig gaat men proberen de ander uit te dagen, om vanuit een reactie op te maken wie hij of zij is?
Om vervolgens af te gaan op een eerste indruk en een negatief oordeel is dan al snel beklonken.
Dat zijn de wolven in schaapskleren bij wie "de naaste beminnen”, niet in het rijtje thuishoort.
En God beminnen met heel het hart en verstand en geheel de ziel?
Vergeet het maar, het is allemaal waterverf en toneelspel.
Misschien is het goed om de vraag: "beminnen wij God met ons hart, ons verstand en onze ziel ?”, ook eens aan onszelf stellen!
Is God het middelpunt van onze gedachten en de reden van ons bestaan?
Leeft God in het diepst van ons hart en de oorzaak van onze troost?
Gaan wij nog met vreugde en verdriet naar God?
Beste mensen, laten wij, ook al is het soms moeilijk en voelen wij ons soms door de God in de steek gelaten, toch met onze vreugde en verdriet tot Hem naderen.
Het moet ons toch gelukkig maken dat God in ons hart leeft en wij Hem telkens weer mogen en kunnen ontmoeten.
Want het behartigen van alleen maar ons eigenbelang maakt niet gelukkig, het is allemaal maar tijdelijk en zal verdampen.
Het verlangen naar God, dát maakt ons gelukkig!
Want wat ons uiteindelijk ook allemaal overkomt in het leven, we komen er door heen ,wanneer we weten dat God ons bijstaat.
We komen er door heen als wij God de belangrijkste plaats geven, Hem alleen eer en hulde brengen en Zijn liefde ons hart zal vervullen.
Medegelovigen, laten wij in alle omstandigheden van het leven, God de eerste plaats schenken en Hij zal ons niet in de steek laten.
Het zal ons veel zegen schenken!
Amen.
 
Hans Smits