Elfde zondag na Pinksteren
Epistel
1 Kor. 15, 1-10
Broeders, ik breng u
het Evangelie in herinnering, dat ik u gepredikt heb, en dat gij hebt
aangenomen, waarin gij ook vaststaat en waarin gij redding zult vinden, indien
gij het tenminste zo vasthoudt, als ik het u gepredikt heb; of het zou moeten
zijn, dat gij het geloof voor niets hebt aanvaard.
Want vóór alles heb ik u
overgeleverd, wat ook mij is meegedeeld, dat Christus gestorven is voor onze
zonden, overeenkomstig de Schriften; en dat Hij begraven is en verrezen is op
de derde dag overeenkomstig de Schriften; en dat Hij verschenen is aan Kephas
en daarna aan de elf.
Vervolgens is Hij verschenen aan meer dan vijfhonderd
broeders tegelijk, van wie er velen thans nog in leven zijn, sommigen echter
reeds zijn ontslapen.
Daarna is Hij verschenen aan Jacobus, en toen aan al de
apostelen.
En het laatst van allen is Hij verschenen aan mij, die als het ware
de misgeboorte ben.
Want ik ben de geringste onder de apostelen, die niet
waardig ben een apostel genoemd te worden, omdat ik de Kerk van God heb
vervolgd.
Maar wat ik nu ben, ben ik door de genade Gods; en de genade, die Hij
mij geschonken heeft is niet zonder vrucht gebleven.
Evangelie
Mc. 7, 31-37
In die tijd
vertrok Jezus uit de streek van Tyrus, en begaf Zich over Sidon naar de zee van
Galilea, midden in het gebied van de Tien-steden.
En men bracht iemand bij Hem,
die doof was en stom; en zij verzochten Hem deze de hand op te leggen. Hij nam
hem dan uit de menigte ter zijde, stak hem de vingers in de oren, en raakte met
speeksel zijn tong aan; vervolgens sloeg Hij Zijn ogen ten hemel, slaakte een
zucht, en sprak tot hem: Effeta, dat wil zeggen: ga open.
En aanstonds gingen
zijn oren open, en zijn tong werd van haar banden bevrijd, en hij sprak gewoon.
En Hij gebood hun, het aan niemand te zeggen.
Maar met hoe meer nadruk Hij hun
dat gebood, des te luider verkondigden zij het, en des te groter werd hun
bewondering; en zij zeiden: Alles heeft Hij wél gedaan; doven heeft Hij doen
horen, en stommen heeft Hij doen spreken.
|