Alles “gratis” ontvangen

 
Broeders en zusters in Christus,
Vandaag een parabel die heel duidelijk is.
Een landeigenaar waarin wij God zelf herkennen, de wijngaard is Gods uitverkoren volk, de dienaars zijn de profeten die in de loop van de geschiedenis zijn omgebracht, zo ook Christus zelf, Gods eigen Zoon.
Een parabel die ons uitnodigt eens stil te staan bij ons geweten.
Want die wijnbouwers, aan wie de landeigenaar zijn wijngaard verpacht, geven er blijk van gewetenloos te handelen als zij weigeren de opbrengst van de wijngaard af te dragen.
Gewetenloze handelingen zijn er dus ook nog steeds.
Maar niemand ontkomt aan zijn geweten, het geleerde, maar ook het aangeboren gevoel, dat we het goede moeten doen en het verkeerde moeten laten, vormt ons geweten.
Een mens kan evenwel zijn geweten zo sussen dat hij er zich niet meer aan stoort en maar raak leeft.
Soms worden wij door mensen zo behandelt, dat je je gaat afvragen hoe het mogelijk is dat er op de bodem van hun ziel niet een klein beetje onbehagen wordt gevoeld, wanneer men zo tegen beter weten in handelt.
Dat men hierbij jaloezie en eigen belang, het laat winnen van het geweten.
Ook in de parabel hebben gewetenloze arbeiders bezit genomen van de wijngaard en wilden de opbrengst zelf.


Daarbij kregen ze heel wat op hun kerfstok en waren zij schuldig aan het vergieten van onschuldig bloed, zelfs de zoon van de landeigenaar werd niet ontzien.
Ieder weldenkend mens zal spontaan aanvoelen dat de opbrengst van de gepachte wijngaard afgedragen dient te worden aan de landeigenaar. Hierop speelt Jezus meteen in en vraagt: ”Als de eigenaar van de wijngaard komt, wat zal hij dan wel met die wijnbouwers doen? ”
Het antwoord van de toehoorders was te voorspellen: "Hij zal die misdadigers een ellendige dood doen sterven en zijn wijngaard zal hij aan andere wijnbouwers verpachten, die hem de opbrengst op de vastgestelde tijd zullen afdragen”.
Maar…. het waren de hogepriesters en de oudsten van het volk die dit antwoord gaven, maar willen niet erkennen dat ze zich met dit antwoord zichzelf veroordelen, dat zij het op hun geweten hebben wat die misdadige wijnbouwers deden.
Op de leerstoel van Mozes hebben zij, de schriftgeleerden en farizeeën plaatsgenomen.
Jezus antwoord hierop is daarom ook duidelijk: "Doet en onderhoudt daarom alles wat zij U zeggen, maar handelt niet naar hun werken; want zelf handelen zij niet naar hun woorden”.
Net als de landeigenaar uit de parabel heeft God Zijn Rijk toevertrouwd aan de hogepriesters en oudsten van het volk met de bedoeling dat zij vruchten opbrengen.
Maar wat doen zij?
Ze sluiten het Rijk der hemelen af voor de mensen en versperren de toegang voor hen die binnen willen.
Zodra nu de hogepriesters en schriftgeleerden begrepen wat Jezus bedoelde en door hadden dat dit op hen betrekking had, "zonnen zij op een middel om zich van Hem meester te maken” en kwam ook het laatste slachtoffer, de zoon van de landeigenaar, duidelijk in beeld.
Net zoals de wijnbouwers de zoon van de landeigenaar vastgrepen, hem buiten de wijngaard wierpen en hem doodden, zouden ook de hogepriesters en farizeeën, als toppunt van ontrouw, Gods Zoon vastgrijpen en zich meester van Hem maken en Hem op een plaats buiten de stad de kruisdood doen sterven, zoals we dit lezen in het evangelie van Mattheüs.
Maar God koos een ander volk, dat wel de verwachte opbrengst zou afleveren en dat is de Kerk.
Binnen die Kerk hebben wij allen een taak, de taak om vruchten voort te brengen voor het Rijk Gods.
Allereerst om God de plaats en de eer te geven die Hem toekomt.
Aan Hem die alles tot stand heeft gebracht, geheel "gratis” , ja, uit genade!
Wij betalen immers niet aan Hem, wij ontvangen alles: het leven, het heelal, de natuur en degenen met wie wij het leven mogen delen.
Maar ook onze toekomst:
Zijn goddelijk en eeuwig leven!
Daarvoor mogen wij Hem intens dankbaar zijn.
Hiervoor moeten wij de tijd nemen en open staan voor Zijn hulp en zegen, maar ook anderen de weg wijzen naar het eeuwige leven.
Laten wij daarmee beginnen met de kinderen die aan onze zorgen zijn toevertrouwd, want wie het leven doorgeeft moet daarna ook de weg wijzen naar het einddoel van het aardse leven: het eeuwige leven.
God verlangt van ons dat wij ons volledig voor Hem inzetten.
Niet voor niets heeft Hij ons gewaarschuwd: "Er zijn veel genodigden, maar weinig uitverkorenen”.
Laten wij bidden, dat God ons wil sterken in ons geestelijk leven, dat Hij ons mag helpen goede werkers in Zijn wijngaard te zenden, die ons de weg wijzen naar het eeuwige leven.
Amen.

Hans Smits