Word ziende

 
Broeders en zusters in Christus,
Het evangelie van Lucas vertelt ons over een blinde, die aan de weg zat te bedelen.
Hij hoorde een menigte aan zich voorbij gaan en vroeg wat er te doen was.
Ze zeiden hem dat Jezus van Nazareth voorbij kwam.
Hij begon meteen te roepen: "Jezus, Zoon van David, ontferm U mijner”.
Maar zijn geroep werd ter plekke afgestraft door de mensen die voor hem waren gaan staan.
Op dreigende toon gaven ze hem te verstaan dat hij zwijgen moest.
Wie zien hier een duidelijk verschil tussen de menigte en de blinde.
De menigte volgt Jezus alleen uit eigen belang, om Hem te gebruiken voor de oplossing van hun problemen.
Ze zien Christus meer als een sociaal werker.
Ze dulden dan ook niet mensen in de buurt die "aandacht” vragen, die smeken om genezing.
Nu juichen ze Christus nog toe, zoals op Palmzondag: "Hosanna”, maar al gauw slaat het om in de ergste verwensing: "Aan het kruis met Hem!”.
Zo handelden de mensen destijds en zo doet men ook nú nog.
Ze dulden geen mensen die het goede met de ander voorhebben en er voor uitkomen waar ze voor staan.
Zolang je in hun straatje blijft lopen en zij hiervan kunnen profiteren zijn ze vrienden, wijkt men af van hun ideeën en strategie dan worden het al spoedig vijanden.
 

Afbeelding invoegen

Zo ook met de geloofswaarheden en geloofsbeleving, zolang je het geloof maar aanpast aan de wereld en streeft naar een zogenaamde "één grote wereldreligie” , een "nieuwe kerk”, waarbij normen en waarden, geloofswaarheden en geloofsbelevingen worden aangepast en de oren streelt van een goddeloze wereld, dan wordt men geprezen en kan iemand doen alsof hij handelt in opdracht van de H.Geest, zonder gezicht te verliezen.
Maar geeft iemand aan dat hierdoor grote verdeeldheid ontstaat, dat er onherstelbare schade wordt aangebracht aan de fundamenten van ons Heilig Geloof, doordat er geloofswaarheden in twijfel worden getrokken en het Goddelijke verlaagd tot het wereldse, dan zal men deze persoon zien als vijand.
Men zal met de vinger naar hem wijzen en zeggen: "weg met hem, we verbannen hem”, want hij gooit roet in het eten.
Hij moet zwijgen zoals de blinde!
Ja, hij bezat een groot geloof en godsvertrouwen.
Hij gelooft in Christus en smeekt om ontferming: "Jezus, Zoon van David, ontferm U mijner”.
Deze man geeft Jezus de eer die Hem toekomt; hij weet zich afhankelijk en vraagt Hem nederig: "Heer, dat ik toch moge zien!”.
Het is geen zucht naar sensatie, zoals de menigte mensen om Jezus heen graag hadden gezien, maar alleen een vraag om genezing van zijn blindheid.
Dit geloof heeft hem genezen!
"Uw geloof heeft u redding gebracht” , zegt Christus.
De blinde volgde Hem en verheerlijkte daarop God.
Pas toen de omstanders deze genezing zagen, brachten zij lof aan God.
Beste mensen, laten wij, als wij blind zijn voor wat God ons schenken wil, Christus om hulp vragen.
Dat Hij ons van onze blindheid genezen mag.
Laten wij dan zeggen: " Heer, dat ik toch moge zien”.
Dan kan het antwoord van Hem in wie wij geloven en ons vertrouwen hebben gesteld zijn: "uw geloof heeft u redding gebracht”.
Dan zal Hij ook ons genezen van onze blindheden.
Amen.
 
Hans Smits