Voorviering van het feest van Openbaring*

"Neem het Kind en zijn Moeder en trek naar het land van Israël: die het Kind naar het leven stonden zijn gestorven”….” het Kind Jezus nam toe in leeftijd en wijsheid voor God en de mensen”
 
De dag van vandaag heft een dubbele betekenis; hij is van ene kant voorviering van het tweede grote feest van de feestkring, van de andere kant neemt hij de plaats in van het officie van de Zondag na het octaaf van Kerstmis.
Door deze vereniging wordt aan de vigilie het boete karakter ontnomen (witte kleur in de liturgie, geen vastendag); de dag krijgt zelfs iets feestelijks (Credo).
Vandaag wordt in veel kerken – het is in ons land geen gebruik – door de bisschop of een priester, op buitengewoon plechtige wijze water gewijd, zoals het Rituale Romanum dit aangeeft op de vigiliedag op het feest van Openbaring (Driekoningen).
Een kerstpreek met echt augustiniaanse tegenstellingen: "Onze Heer Jezus Christus, in eeuwigheid de Schepper van alle dingen, is heden uit een moeder geboren, onze Verlosser geworden.
 

Afbeelding invoegen

Hij is ons heden geboren in de tijd naar zijn eigen wil, opdat Hij ons naar de eeuwigheid van de Vader zou voeren.
God is mens geworden, opdat de mens God zou worden; opdat de mens het brood van de engelen zou eten, is de heer van de engelen heden mens geworden.
Heden is de profetie in vervulling gegaan, die smeekt: ”Dauwt hemelen van boven en gij, wolken regent de Rechtvaardige!”
Dat de aarde zich opene en de Heiland voortbrenge!
De Schepper van de mensen is dus mens geworden om hem te zoeken, die verloren was…
De mens heeft gezondigd en is schuldig geworden.
De Godmens werd geboren tot bevrijding van de schuldige.
De mens viel en God daalde neer.
De mens viel jammerlijk, en God daalde vol barmhartigheid neer.
De mens viel uit hoogmoed, God daalde neer in genade.
O, wat een wonder!
Wat een teken, mijn broeders!
De wetten der natuur worden bij de mensen veranderd!
God wordt geboren, een maagd wordt zwanger zonder man, met haar, die geen man bekent, huwt het goddelijk Woord.
Moeder is zij en toch maagd tegelijk!
Moeder werd zij en toch bleef zij ongeschonden.
Een maagd die een zoon heeft en toch geen man bekent!
Gesloten bleef altijd haar schoot, maar niet onvruchtbaar!
Want slechts hij is zonder zonde geboren, die zonder omarming van een man niet de lust van het vlees, maar de gehoorzaamheid van de geest heeft voorgebracht.”
 
Lezing uit de H. Schrift (Romeinen 8,1-39): Waartoe de Wet niet in staat was, dat heeft God door Christus volbracht.
Hij nam ons zondig vlees aan en onderging daarin de dood aan het kruis.
Daarmee is de rechtsvordering, dat het zondige vlees de dood heeft verdiend, voldaan.
Daarvoor heeft God aan de Christenen de H. Geest verleend; Hij is de nieuwe goddelijke oorzaak van leven, die in de gelovigen bij het doopsel wordt ingestort.
Hij zal ook bij de verrijzenis het lichaam ten eeuwigen leven wekken (1-11).
Het bezit van de H. Geest verplicht niet alleen tot een leven uit de geest, maar maakt ook bekwaam daartoe.
Hij is het onderpand van de toekomstige heerlijkheid (12-30).
Nu reeds mag de Christen zeker zijn van zijn zaligheid.
God is zijn Vader, Christus zijn Verlosser en in zijn eigen ziel draagt hij een liefde tot zijn Heer, die sterker is dan alle vijandelijke macht in deze wereld en in de andere.
Hoofdstuk 8 is het hoogtepunt van de gehele brief. "Allen, die door de Geest van God gedreven worden, zijn zonen van God.
Want gij hebt geen geest van slavernij ontvangen, om terug te vallen in de vrees, maar de geest van het Kindschap, waardoor wij roepen: "Abba, Vader!
De geest zelf getuigt met onze geest, dat wij kinderen zijn van God.
Zijn wij kinderen dan zijn wij ook erfgenamen tevens; erfgenamen van God en en mede-erfgenamen van Christus, zo wij met hem lijden, dan zullen wij ook met Hem verheerlijkt worden.
Want ik houd het ervoor, dat het lijden van deze wereld niet kan opwegen tegen de heerlijkheid, die ons geopenbaard zal worden.”
 
De heilige Paus Telesphorus (127-137): Te Rome de Heilige Paus Telesphorus moest onder keizer Antonius Pius na vele martelingen voor het Christelijk Geloof als roemrijk bloedgetuige de dood ondergaan” (martyrologium).
De H. Ireneus noemt hem een "roemrijk martelaar”. (Contra Haereticos 3,3).
Hij werd in het Vaticaan begraven.
– het feest van de eerste paus-martelaar in het nieuwe jaar herinnert er ons aan, dat vele plaatsbekleders van Christus op de Apostolische Stoel sinds Petrus als getuigen voor de Heer stierven.
Wij bevelen ons aan alle pausmartelaren aan.
 
De viering van de Mis (Dum medium): De mis kennen we reeds van de Zondag in het octaaf van Kerstmis, maar hier is zij op haar oorspronkelijke plaats.
Wat duidelijk blijkt uit de overeenstemming van het evangelie en communie.
De jeugdgeschiedenis van de Heer wordt over het feest van de Onschuldige Kinderen heen, voorgezet: de terugkeer van de vlucht uit Egypte. Wanneer wij eens in deze heerlijke Mis indenken, dan dringt de volgende beschouwing aan ons op: Twee werelddelen hebben aan onze liturgie gearbeid.
Het Oosten heeft ons het feest van Epifanie, Openbaring des Heren, dat aan geen tijd gebonden is, geschonken.
Het westen het historische Kerstfeest.
Juist de Mis van vandaag geeft ons alle opvallende kenmerken van de westerse, vooral van de Romeinse geest weer.
 
A. het Westen viert de feesten volgens de tijd; de Mis van vandaag is een afsluiting van de geschiedenis van de kindsheid in engere zin: de geboorte van de Heer 25 december.
De terugkeer naar Nazareth 5 Januari, (het westen heeft ook op het feest van Openbaring een stempel gedrukt van de geschiedenis van de Kindsheid door de aanbidding van de Wijzen.
B. de missen van Kerstmis geven voor het Westen zo karakteristieke tegenstelling: Mens (kind) – God (koning); deze vinden wij ook in de Mis van vandaag: introïtus, graduale, epistel.
Bijzonder mooi in het graduale: "Gij zijt de schoonste onder alle kinderen der mensen – de Heer is Koning!”
C. het Westen kenmerkt zich door diepte van gemoed, praktische onderrichting en door kortheid; ook dat vinden wij in deze Mis.
Hoeveel lyriek ligt toch in het introïtus, dat we niet dikwijls genoeg kunnen herhalen: het tovert al de poëzie van de heilige Nacht voor de ziel.
Maar wij moeten uit het Kerstfeest een praktische les in het leven meenemen en deze luidt: goede kinderen van God moeten wij zijn.
 
Voorbereiding op morgen.
De betekenis van een voorbereiding is, zich in het feest in de geest en naar de ziel in te denken.
Dat is de taak van de volgende overweging.
Epifanie, Verschijning, Openbaring des Heren!
Het woord is reeds vreemd voor ons, westerlingen.
Wij voelen ons niet thuis.
Kerstmis is ons westers feest.
Zelfs de ongelovige wereld kan zich aan de betovering van Kerstmis niet onttrekken.
Het is vlees van ons vlees.
Maar het feest van Openbaring?
Wij hebben onszelf weten te helpen.
We hebben de dag tot een feest van de heilige Driekoningen gemaakt; die zijn populair, ja de lievelingen van het volk geworden.
Maar het begrip en de inhoud van Epifanie is ons vreemd gebleven.
Wat is dan het verschil tussen Kerstmis en het feest van Openbaring Epifanie?
De H. Leo de Grote zegt in klassieke kortheid: "Die de Maagd met Kerstmis ter wereld heeft gebracht, Hem heeft de wereld heden leren kennen.
Met Kerstmis vieren wij een historische gebeurtenis: de Geboorte van CHRISTUS; achter deze gebeurtenis lag natuurlijk een idee: de Verlossing door zijn Menswording; deze was slechts aan de dieper beschouwende voorbehouden.
Het volk verheugde zich in het feit: CHRISTUS is ons geboren; wij stonden vol zaligheid rondom de Kribbe.
Heden vieren wij niet op de eerste plaats een gebeurtenis, maar een idee, dat door feiten uit het leven van de Heer Jezus tastbare vormen aanneemt. Wij vieren de gedachte: de wereld heeft Hem als God erkend; Hij is als GOD voor de wereld verschenen.
Wij kunnen dus de twee feesten tot deze korte formule samenbrengen: Met Kerstmis is God als Mens verschenen, met Epifanie is die mens wederom voor de wereld als God verschenen.
Kerstmis is het feest van de menswording, de verschijning van de mens, Epifanie het feest vaan de Openbaring van Christus als God.
Dat Christus mens werd, daarvoor was geen bewijs nodig.
Hij behoefde slechts geboren te worden, slechts als mens onder ons te leven.
Daarom vieren wij met Kerstmis alleen het historische feit van zijn geboorte.
Dat echter de mens, dat hulpeloze Kindje God is, daar is een bewijs voor nodig.
En zijn geboorte zou voor in het geheel geen nut voor ons hebben, als wij niet overtuigd waren, dat die mens God is.
En daarom moest bij het feest van de verschijning als mens, het feest van de Openbaring als God komen.
Dus EPIFANIE levert het bewijs, dat de mens Jezus de Zoon van God is.
Wij vragen, hoe kon de Heiland zich als God legitimeren?
Slechts door tekenen en wonderen.
Eigenlijk hebben alle wonderen van CHRISTUS op aarde dit ene doel, de mensen te bewijzen dat Hij de Zoon van God was.
Enkele wonderen heeft hij uitdrukkelijk voor dit bewijs gewrocht (bijv. bij de lamme: …”opdat gij zou erkennen, dat de Mensenzoon macht heeft om zonden te vergeven…”)
Zo is dus het gehele leven van Jezus één EPIFANIE, één Openbaring van Christus als God.
Voor de wereld.
En wij zouden gemakkelijk vele wonderen tot het feest van morgen als bewijs van zijn Godheid er bij kunnen betrekken.
Maar de Kerk heeft maar drie van die wonderbare feiten eruit gelicht, waarin zij in het kort aantoont, dat God onder ons mensen is verschenen.
Kort en heerlijk spreekt de Liturgie van dit feest dit uit: "Drie wonderen sieren de heilige dag, die wij vandaag feestelijk gedenken: Heden geleidde een Ster de Wijzen naar de Kribbe.
Heden werd op de bruiloft te Kana water in wijn veranderd.
Heden wilde CHRISTUS in de Jordaan door Johannes gedoopt worden, om ons te verlossen.
Alleluja.( Antifoon bij het Magnificat in de 2de vespers).
Natuurlijk dwingen deze bewijzen de mensen niet.
De GENADE moet van de kant van GOD en het Geloof van de kant van de mensen komen.
Voor de Wijzen ging een Ster op.
De GENADE werkte op het innerlijke en bracht hen tot het Geloof en de erkenning van de Godheid van Christus.
Zo is dus EPIFANIE tegelijk een feest van het Geloof, en een feest van de Genade.
Nu begrijpen wij ook, waarom juist het geheim van de Wijzen gekozen en door het Westen in het bijzonder bevoorrecht werd.
De Wijzen zijn als de eerste heidenen tot het geloof aan de Zoon van God geroepen.
Zij zijn vertegenwoordigers van ons, die uit het heidendom komen.
Het feest van de Openbaring is het feest van het Geloof van de wereld van de heidenen.
Wij vieren onze roeping tot het Geloof.
Nu nog een toepassing voor ons: Sedert de dood van CHRISTUS wordt het bewijs van zijn verschijnen als God door de Kerk geleverd.
Maar niet zozeer door wonderen dan wel door het Woord van God in de H. Schrift en door mondelinge verkondiging.
Dit bewijs dwingt natuurlijk niet; de Genade en het Geloof moeten erbij komen.
De Kerk echter houdt midden in de ongelovige wereld aan degenen, die Genade en Geloof hebben deze twee feiten voor ogen: God is mens geworden (Kerstmis) en heeft Zich als God aan de wereld getoond (Epifanie).