Heilige FABIANUS en SEBASTIANUS*

"Er ging een kracht van Hem en Hij genas allen”.
 
Wij vieren twee heilige martelaren, die zowel in de Oude Kerk als over de hele wereld zich in grote verering mochten verheugen.
Hun namen zijn in de Litanie van alle Heiligen opgenomen.
Sebastianus was in de Middeleeuwen in het bijzonder de patroon tegen de pest.
Het lag voor de hand, dat de met pijlen doorschoten martelaar de patroon werd van de schuttersgilden. Het feest is zeer oud en komt in de oudste sacramentariën voor.
 
De heilige Fabianus: Sterfdag: 20 januari 250.
Graf: in de catacomben van de heilige Callistus te Rome.
In 1915 werd zijn lichaam teruggevonden.
Leven: Fabianus werd op wonderbare wijze tot het pausschap verheven, regeerde van 236-250.
Kort na zijn verkiezing nam de christenvervolging van Maximinus door de moord op de keizer een einde. De volgende keizers waren de christenen gunstig gezind.
Daarom genoot de Kerk onder Fabianus rust, die de paus voor de organisatie van de Kerk gebruikte.
Aan elk van de zeven diakens wees hij een deel van de stad voor de armenzorg aan.
De zeven diakens moesten de akten van de martelaren verzamelen.
 

Afbeelding invoegen

Onmiddellijk bij het begin van de bloedige vervolging onder Decius, viel Fabianus als een van de eerste offers op 20 januari 250.
Hij werd in de catacombe van Callistus bijgezet, waar ook zijn grafsteen in de nieuwere tijd werd gevonden.
Toepassing: Paus Fabianus ijverde zowel voor de armenzorg als de Liturgie.
Wij willen van hem leren Liturgisch leven met edelmoedige krachtdadige naastenliefde, met de echte christelijke broederliefde te verbinden.
 
De heilige Sebastianus: Sterfdag : 20 Januari 280.
Graf: in de naar hem genoemde catacombe met heerlijke basiliek te Rome.
Afbeelding: Als jonge man met pijlen doorboord aan een boom gebonden.
Leven: Rond de naam Sebastiaan heeft het gelovige volk een krans van legenden gevlochten.
De oudste geschiedkundige mededeling omtrent de heilige geeft de volgende plaats uit de psalmenverklaring van de heilige Ambrosius: "Laten wij het voorbeeld van de heilige martelaar Sebastianus aanhalen.
Hij was geboortig uit Milaan.
Misschien was de christenvervolger van daar reeds weggetrokken of zelfs geheel niet aangekomen of iets zachtzinniger geworden.
Sebastiaan zag dat hier geen gelegenheid tot strijd was of dat deze verflauwd was.
Hij reisde daarom naar Rome, waar een heftige strijd woedde door de ijver van de christenen voor het Geloof.
Daar leed hij en daar werd hij gekroond`.
In de middeleeuwen werd Sebastianus hoog vereerd en gold als bijzondere patroon tegen de pest.
Paulus, de diaken deelt mee, dat in het jaar 670 de grote pest in Rome ophield, toen aan de heilige een Altaar werd toegewijd.
Het brevier vertelt van hem: Diocletianus trachtte Sebastianus op alle mogelijke manieren van het Geloof in Christus afvallig te maken.
Omdat hij echter niets bereikte, beval hij hem aan een paal te binden en met pijlen dood te schieten.
Toen hij door allen voor dood werd gehouden, liet een heilige vrouw, Irene genaamd, hem des nachts halen, maar toen zij hem nog levend aantrof, verpleegde zij hem in haar eigen huis.
Niet lang daarna was hij weer hersteld; toen ging hij naar keizer Diocletianus en verweet hem met de grootste vrijmoedigheid zijn goddeloosheid.
De keizer werd over de strenge berisping van de heilige zo vertoornd, dat hij het bevel uitvaardigde hem zolang met roeden te slaan tot hij de geest gaf.
Zijn lichaam werd daarna in een riool geworpen.