287. Bestaat ‘vrijheid’ er niet juist uit dat we ook voor het kwaad kunnen kiezen?

Het kwaad is alleen schijnbaar nastrevenswaardig en kiezen voor het kwaad maakt alleen schijnbaar vrij.
Het kwaad maakt niet gelukkig, maar berooft ons van het ware goede; het bindt ons aan iets nietigs en verwoest uiteindelijk onze hele vrijheid.
 
Dat zien we bij verslaving: hier verkoopt iemand zijn vrijheid aan iets wat hem goed lijkt.
In waarheid wordt hij een slaaf.
Een mens is het meest vrij als hij ja kan zeggen tegen het goede; als hij niet door verslaving, dwang of gewoonte wordt belemmerd te kiezen en te doen wat juist en goed is.
Een keus voor het goede is altijd een keus richting God.