Zoon van David, heb medelijden met mij

Broeders en zusters in Christus,
 
Een blinde zit in Jericho langs de weg, zo lezen we vanavond in het evangelie.
En dan net als vorige week die vraag van Jezus, maar dan nu aan een blinde, een verstoten iemand, "Wat wilt ge dat Ik voor u doe?”
En de blinde antwoordt: "dat ik zien kan”!
Vlak daarvoor is hij nog afgesnauwd door de omstanders, "houd je mond”, zeggen ze.
Maar de man weet op wie hij moet vertrouwen, op iemand die niet is gekomen met macht of groot vertoon, geen rijzige gestalte, maar iemand die rust weet te brengen aan de mensen.
Jezus dringt zich ook niet op aan de blinde:”Wat wilt ge dat Ik voor u doe?”
Jezus is niet zoals de omstanders die hem het zwijgen opleggen: blijf daar maar zitten langs de kant van de weg, voor jou is er toch geen uitzicht, geen toekomst.
Maar Hij, laat de arme, de bedelaar, de blinde aan het woord komen.
Hij spreekt met hem van hart tot hart, niet vanuit de hoogte, maar benaderd hem als een volwaardig mens.
 

Dan vraagt de blinde: "meester, laat mij weer zien, laat mij weer leven, zodat ik aan niets en niemand meer ten prooi zal vallen.
"U bent mijn redding”.
In zijn geloof zag deze blinde man veel scherper dan de omstanders die konden zien.
Hij zag dat je niet op de eerste plaats hoeft te zitten om door Christus gezien te worden.
En als je als volgeling van Christus het Rijk Gods wilt binnen gaan dan zal eerst de blindheid moeten worden weggenomen.
"Uw geloof heeft u genezen”, het geloof geneest de mens.
"Geloof” is het aangaan en onderhouden van een relatie met God.
Als gelovigen raken dan net als de man in Jericho onze blindheid kwijt, wij mogen gaan beseffen dat wij door God geliefd worden en geroepen zijn om deel te nemen aan Zijn goddelijk leven.
De blinde man durft te geloven in de goedheid van Jezus en de Heer wijst hem niet af.
Meteen kon hij zien en daarop volgde hij Jezus op zijn weg.
Beste mensen, In de evangelielezingen vertelt Jezus voordurend parabels, gelijkenissen en verhalen waarin we vaak onszelf tegenkomen.
En de evangelist Marcus vertelt zelfs heel veel over de weg die Jezus is gegaan en de mensen die Hij ontmoette.
Hij wil ons hiermee aansporen om te kijken en te onderzoeken op wie dan lijken.
Zo ook vanavond: we kunnen ons de vraag stellen: zijn wij die blinde, die er alles voor over heeft om gekend te worden, erbij wil horen.
Misschien laten wij ook wel eens, als we het moeilijk hebben, ons monddood maken, en zijn we het vertrouwen in God en de mensen kwijt.
Dit verhaal van de blinde zegt ons: "vraag gerust om hulp, schaam je niet en durf op te komen voor jezelf”.
Roep maar net als die blinde.
Of……..beste medegelovigen, horen we misschien een beetje bij de omstanders.
Lijken we op hen die geen oog hebben voor de ander.
Vinden wij mensen met vragen al gauw lastig en zeggen we: "kom, we moeten verder”.
Alle reden dus om ons sterk te maken om Zijn volgelingen te kunnen zijn, die de ander helpt opstaan en zeggen:”heb goede moed, sta op; je wordt geroepen”.
En ligt het vooraan in onze mond: "wat kan ik voor je doen?”
Daartoe zijn wij immers geroepen, als christenen én als kerk.
Voortdurend worden we uitgedaagd, moeten we stilstaan bij de mensen, luisteren naar de vragen en niet afsnauwen, niet monddood maken, maar zeggen: "kom er ook bij, ik doe voor je wat ik kan”.
Zo, beste mensen, kunnen we dan samen op weg gaan,telkens tegen elkaar zeggen:”heb goede moed,sta op ".
Hij roept je!!!
Wij roepen om God en Hij roept om ons.
Want God heeft ons nodig om mensen te helpen die om hulp roepen.
Laten we dan met Christus zeggen:” wat wil je dat ik voor je doe”?
Amen.
 
Hans Smits