Midden onder u staat Hij die gij niet kent.

Broeders en zusters in Christus,

Matteüs beschrijft in zijn Evangelie een kindsheidverhaal uitsluitend over Jezus.
Lucas heeft zelfs nog veel meer voor Johannes de Doper als voorloper van Christus geschreven.
We lezen vanavond over een bijzonder moment, hoe Elisabeth, die onvruchtbaar was en toch, op hoge leeftijd moeder werd.
De vader van Johannes, Zacharias, kon niet meer spreken, omdat hij zich verzet had tegen de naamgeving.
Heel begrijpelijk want de naam Johannes kwam in de familie niet voor, maar toch schreef Zacharias deze naam op:” Johannes zal hij heten”, dit tot grote verbazing van allen.
Wij zien in Johannes gewoonlijk een strenge boeteprediker, een figuur die vooral in de advent vaak op de voorgrond treed en de mensen oproept tot boete en bekering.
Maar het evangelie van vanavond werpt een heel ander licht op de persoon van Johannes.
De familieleden hebben onderlinge woorden over de naam die Elisabeth en Zacharias aan het kind willen geven.

 

Het was de gewoonte om de eerstgeborene naar zijn vader te noemen, en nu wordt een totaal vreemde naam voorgesteld, die nergens in de familie voorkomt.
Tenslotte vragen de mensen aan Zacharias wat hij denkt hoe het kind zal heten.
Zacharias kan niet spreken en neemt daarom een schrijftafeltje en schrijft: ‘Johannes is zijn naam.'
De familie en buren verwonderen zich hierover.
Vroeger en ook nu nog is een naamgeving heel belangrijk.
Bij een geboorte stellen mensen vaak heel veel vragen.
We zijn vooral benieuwd naar de naam: hoe heet het kindje?
Een naam betekent veel voor een mens, je wordt er door gekend, bij God en bij de mensen.
Bij het H.Doopsel zeggen we dan ook: "jou naam staat voorgoed geschreven in de palm van Gods hand.
Vroeger ontvingen de kinderen de naam van een heilige.
Daardoor was het kind de hemel toegewijd.
Maar dan ook vaak, net als in de tijd van Johannes, de doopnaam van een opa of oma, vader of moeder.

Sedert ongeveer twintig/dertig jaar ontvangen de kinderen een naam uit de actualiteit van de film- en de sportwereld.
Ofwel, het kind ontvangt een naam die kort is of goed klinkt.
Ja, beste mensen, een hele verandering.
Wij verlaten een bepaalde traditie en na eeuwen tellen de heiligen als beschermers en voorsprekers niet meer mee .
We maken ons daar niet meer zo druk over.
In de tijd van Johannes was dit nog wel anders, door een bepaalde naam konden de mensen, de familie, ervaren dat God zelf begaan is met het kind.
Een naam drukt in de H.Schrift heel dikwijls de opdracht uit die het kind in zijn leven te vervullen heeft.
Als dan die naam rechtstreeks van God zelf komt, dan is het duidelijk dat ook de opdracht van God komt: ‘Johannes is zijn naam'. Johannes betekent: God is genadig.
Heel het leven van Johannes staat in het teken ván Gods genade en Johannes zal dit aan het volk mogen verkondigen.
Johannes is de profeet van de Allerhoogste, daartoe was hij vanaf de moederschoot geroepen.
Hij is vervuld van de Geest van God, zodat hij de wegbereider mag worden van Jezus Christus, hij mag zijn komst aankondigen: ‘Midden onder u staat Hij, die gij niet kent'.
Door vasten, gebed en boete maakt hij de paden recht, bereidde hij de weg voor de komst van de Verlosser en effent de weg voor de gerechtigheid.
Met heel zijn leven heeft Johannes gestalte gegeven aan Gods goedheid.
God laat zich verzoenen, Hij is genade.
Waar Gods genade heerst, hoeven de mensen niet meer bang te zijn!
Als de Kerk ons deze zondag de heilige Johannes ons tot voorbeeld stelt, dan wil zij ons uitnodigen om zijn zending in deze wereld voort te zetten.
Ook ons leven moet een uitdrukking worden van Gods liefde en genade, ook wij moeten worden als een profeten.
God stuurt nog altijd profeten naar de mensen met de boodschap: bekeer u en geloof in de Blijde Boodschap.
Wij mogen met dankbaarheid terug denken aan al die heiligen die dit hebben verkondigd en voorgeleefd.
Maar in het Oude Testament waren er niet alleen grote profeten, maar ook kleine profeten, die op hun eigen plaats gestalte gaven aan Gods liefde en genade.
Zo zijn er in onze tijd ook grote profeten en kleine profeten, die Gods genade zichtbaar maken.
En dat, medegelovigen, kunnen wij allemaal zijn, ieder van ons op zijn eigen plek, naar eigen vermogen.
Natuurlijk, vaak zullen wij roepers zijn in de woestijn van het materialisme, maar soms mogen wij ook wegwijzer zijn voor andere mensen en zeggen: ‘Zie het Lam Gods', Hij heeft ons verlost.
Wij kunnen dan misschien wel een levende verwijzing zijn naar Jezus Christus, naar Hem die vandaag de dag niet alleen in de wereld, maar ook in de kerk, wordt verdrukt, waar vaak alles draait om macht, grote bijeenkomsten, evenementen en andere activiteiten die weinig of niets meer met geloof en kerk te maken hebben.
Maar wij, eenvoudige gelovigen, krijgen daarom de opdracht , om net als Johannes de Doper, te pas en te onpas te verkondigen:” midden onder u staat Hij die gij niet kent”.
In de H.Eucharistie komt God zijn volk bezoeken als het Lam Gods dat de zonden van de wereld wegneemt.
Laten wij ons openstellen voor zijn genade en liefde, laten we zelf kleiner worden, opdat Hij groter kan worden in ons.
Moge Hij ons vervullen met zijn vuur en zijn Geest opdat wij wegen banen van gerechtigheid en vrede, wijzend op Jezus Christus.
Amen.

Hans Smits