H. Quirinus van Siscia

 
Quirinus (ook Cirinus) van Siscia (ook van Seseg of Sissek = Sissah a/d Save, Kroatië, Joego-Slavië); bisschop & martelaar; † 303.
Feest 4 juni.
Bisschop Quirinus werd in het jaar 303 ten tijde van de vervolgingen onder keizer Diocletianus (286-307) door toedoen van Amantius, prefect van de toenmalige Romeinse provincie Pannonië, omwille van zijn geloof in Christus met een molensteen om de hals verdronken in de rivier de Rába, in de buurt van Sabaria (= Steinamanger; nu: Szombathely in West-Hongarije).
Latere legenden hebben zijn leven trachten te verfraaien door hem tot prins te verklaren; hij zou de zoon geweest zijn van keizer Filippus Arabus († 249). Ook weet de legende te vertellen, dat hij ondanks de molensteen om zijn hals bleef drijven en het toekijkende volk bemoedigend toespraak.
Pas toen hij er zelf in een gebed uitdrukkelijk vroeg, begon hij te zinken en vond hij de dood. Eerst werd zijn lichaam bijgezet in de basiliek van Sabaria, maar tijdens de grote volksverhuizingen werden zijn relieken overgebracht naar Rome en kregen ze een plaats in een mausoleum, Platonia genoemd, aan de Via Appia bij San Sebastiano. In Nederland wordt hij sinds de middeleeuwen vereerd te Halsteren bij Bergen op Zoom. Oorspronkelijk gold deze devotie echter zijn naamgenoot van Neuss. Zijn voorspraak wordt ingeroepen tegen pijn in de benen en de voeten, en tegen jicht. Hij wordt afgebeeld als bisschop (mijter, tabberd en staf) met een molensteen bij zich.